Het Randgebied 2020 en verder

Het randgebied door Hanneke Vermeulen

 

“Kijk dan hoe ze geworden zijn, mijn handen” Mijn moeder pakt de doorzichtige huid van haar hand met aderen als gezwollen rivieren.

Ze vindt er niks meer aan; haar afgeleefde lijf met alle pijn en ongemak heeft haar in de steek gelaten en wat nog het ergste is: haar geheugen. 

Niemand luistert nog naar haar ook Onze Lieve Heer niet, ze heeft al zo vaak gevraagd of hij haar komt halen. Waarom is ze er dan nog?

Vroeger luisterden de kinderen nog naar haar, maar nu moet ze naar hen luisteren. Ze hebben haar alles afgepakt: haar auto, de huishouding, het boodschappen doen. Haar zelfstandigheid wordt steeds verder ingeperkt. En nu mag ze zelfs niet meer in haar eigen huis wonen. Ze maken haar van alles wijs, maar wat weten ze er nou van, ze kan het echt nog wel zelf. Ze is wel eens verdwaald maar heeft altijd de weg naar huis weer gevonden.

Onder luid protest verlaat ze haar eigen bedoeninkje, zoals ze dit zo liefkozend noemt.

 

Liever laat ze zich meenemen door de rivier. 

 

Als mijn moeder in het verpleeghuis is en haar huis leeg, wordt de eerste Lockdown afgekondigd. Voor mij verandert er weinig, mijn leven was al tot stilstand gekomen. De storm in de familie door alle gebeurtenissen drong al het andere naar de achtergrond en Corona was nog ver weg. Nu is het opeens hier.

Als het voorjaar in alle hevigheid losbarst sluit iedereen zich noodgedwongen op in huis en heerst de angst voor besmetting. Mijn moeder heeft zich genesteld in de tuin van haar nieuwe onderkomen. Ze waant zich op vakantie. “Is het bij jullie ook zulk mooi weer?” vraagt ze, als ik haar bel.

Later belt ze in paniek op en vraagt waarom niemand haar heeft opgehaald vanuit het restaurant.

 

Ik trek mij terug in mijn atelier. In mijn opruimwoede vind ik stroken papier en een dichtbundel “Het randgebied” van Willem Hessels. Het verlangen naar de einder groeit. Als ik niet naar zee kan, dan maak ik hem zelf wel. De stroken papier veranderen in kuststroken. 

In mijn gedachten ben ik op de plekken van onze reizen naar de ruige kusten van Bretagne en Noordwest Spanje. Ik gebruik de schetsen en foto’s die ik heb gemaakt maar al schilderend laat ik de vormen steeds meer vanzelf ontstaan door op heel nat papier te werken, de inkt uit te laten vloeien en met verf te spatten. Toch vormen zich als vanzelf die rotsen en eilandjes uit mijn herinnering.

Als ik op het dak pauzeer bij het atelier is de lucht blauwer, ijler en helderder dan ooit en je kan zo ver kijken. Ik lees een gedicht.

De zee is heel dichtbij.

 

 

 















 


No comments:

Post a Comment